Het meest voorkomend letsel bij verkeersslachtoffers is een whiplash. Dat kan blijvende beperkingen met zich meebrengen zoals hoofdpijn, nek- rugpijn en concentratiestoornissen.
Het medisch en juridisch probleem hierbij is, dat deze aandoeningen medisch niet zijn te objectiveren en dus ogenschijnlijk moeilijk of niet zijn te bewijzen.
De verzekeringsmaatschappijen willen het liefst een neuroloog aanwijzen die U onderzoekt en dan tot de conclusie komt dat er op zijn vakgebied niets is te zien, niets is aan te tonen. U lijkt dan nog verder van huis.
Bedaux Advocaten verwijzen U kort naar de belangrijkste uitspraken op dit gebied. De hier geciteerde onderdelen geven samen de oplossing voor het probleem:
Gerechtshof ’s Hertogenbosch 9 april 1999:
“Ofschoon iemand die stelt schade te lijden in het algemeen die schade aannemelijk dient te maken, brengt de omstandigheid dat het hier gaat om een post whiplash syndroom, waarvan algemeen bekend is dat dit moeilijk of slechts in beperkte mate tot concreet waarneembare medische stoornissen valt te herleiden, met zich mede, dat de eisen die aan het bewijs kunnen worden gesteld niet al te hoog dienen te zijn. Het komt dan – tot op zekere hoogte – voor risico van de veroorzaker van het ongeval dat het oorzakelijke verband tussen ongeval en klachten zich niet rechtstreeks laat aantonen en dat de klachten evenmin te herleiden zijn tot medisch vaststelbare afwijkingen.”
In cassatie stelde de Hoge Raad 8 juni 2001 (ECLI:NL:HR:2001:AB2054, Zwolsche Algemeene / De Greef):
“Het hof had niet enkel het oog op “stoornissen” in de zin van medisch waarneembare beschadigingen, afwijkingen of gebreken (van orthopedische of van neurologische aard) doch ook op het bestaan van “klachten” die weliswaar naar hun aard subjectief van aard zijn doch waarvan niettemin objectief vastgesteld kan worden dat zij aanwezig, reëel, niet ingebeeld, niet voorgewend, en niet overdreven zijn.”
Dit standpunt wordt in tientallen uitspraken nadien bevestigd, bijvoorbeeld:
Hof Arnhem-Leeuwarden 23 februari 2021, GHARL:2021:1759 :
“Het hof vindt ook voldoende aannemelijk dat causaal verband bestaat tussen de hiervoor vermelde klachten en het ongeval. Het hof stelt bij dit oordeel voorop dat het er daarbij om gaat dat in juridische zin sprake is van causaal verband. Daarvoor is niet noodzakelijk dat een sluitende wetenschappelijke verklaring wordt gegeven voor de klachten waaruit in wetenschappelijke zin onweerlegbaar volgt dat de klachten het gevolg zijn van het ongeval. Het causaal verband tussen ongeval en klachten is in beginsel voldoende aannemelijk indien voor het ongeval geen sprake was van dezelfde of vergelijkbare klachten (1), het ongeval de klachten kan veroorzaken (2) en een alternatieve verklaring ontbreekt (3). Aan deze vereisten is in dit geval voldaan, zoals hierna zal blijken.”
Kortom de hoofdlijnen:
U moet die schade uit het verkeersongeval aannemelijk maken. Het moeten dan klachten zijn:
- Die uit het ongeval kunnen worden verklaard.
- waarvoor een alternatieve verklaring ontbreekt, dus geen andere oorzaken.
- Waarvan niettemin objectief vastgesteld kan worden dat zij aanwezig, reëel, niet ingebeeld, niet voorgewend, en niet overdreven zijn.
Bedaux Advocaten kan u bijstaan bij letselschade ontstaan uit een verkeersongeval.
Heeft u vragen hierover? Neem dan contact op met Mr R.M.W.H. Bedaux.